Kerst en Oud & Nieuw 2018

25-12-2018 t/m 01-01-2019
We zijn nu al sinds mei 2018 bij de Kaapverdische eilanden en in het begin heb ik nog een paar blogs geschreven, maar al gauw zat daar toch behoorlijk de klad in. Het lukte me om één of ander reden niet om onze ervaringen op te schrijven. Mijn hoofd zat blijkbaar te vol met alle indrukken. Maar nu zijn we ondertussen een paar maanden verder en is de rust in mijn hoofd weer gekeerd en ben ik weer begonnen met schrijven. Heel langzaam zal ik met terugwerkende kracht de blogs aanvullen.Maar nu eerst een blog over Kerst en Oud & Nieuw

We zijn nu alweer een paar weken in Mindelo op Sao Vincente en hebben het prima naar onze zin. Niets moet en we hebben totaal geen haast en dat bevalt ons beide erg goed. Ondertussen zijn we al aardig ingeburgerd en weten onze weg wel te vinden in Mindelo. In november en december is het aardig druk geworden in de haven van Mindelo en ook op de ankerplaats, waar wij liggen, is het aantal bootjes flink toegenomen. We worden ingesloten door Franse bootjes, want daar stikt het hier van. Fransen hebben ook altijd de neiging om boven op je lip te gaan liggen. Ze droppen het anker op een paar meter afstand om vervolgens meteen hun dinghy te water te laten en er vandoor te gaan naar de kant. Dit is een methode die wij niet ambiëren, maar goed verschil moet er zijn…… Aan boord proberen we een beetje kerstsfeer te creëren door wat versieringen en verlichting op te hangen. Het Marokkaanse kunststof kerstboompje zetten we op de kuiptafel buiten neer, met versieringen en verlichting. Vervolgens hangen we gekleurde lampjes in de kuip die we op allerlei standen aan kunnen zetten. Maar voor de rust kiezen we de stand permanent branden, anders worden de buren gek van die flikkerende lampjes.

De laatste paar weken in december zijn er ook een aantal Nederlandse zeilboten bij gekomen, waaronder enkele zeilvrienden die we al eerder hebben ontmoet of waar we eerder contact mee hebben gehad via mail en/of sociale media. Altijd gezellig om landgenoten te treffen. Voor het eerst maken we kennis met Diny en Marten van de Dayak. Dit zijn kennissen van het vrijwilligerswerk van een hele goede vriend (Erik) van ons. We hebben al een aantal keren mail contact met elkaar gehad en nu ontmoeten we elkaar in het ‘echt’. We drinken bij hun aan boord een kopje koffie en Marten verteld dat hij de oversteek naar Suriname met opstappers gaat maken en dat Diny zich later bij hem voegt in Suriname. Met Diny wordt het een kort weerzien, want helaas moeten zij door familieomstandigheden eerder terug naar Nederland. Maar Marten komt de dag voor kerst weer terug. Cor en Cynthia zijn met de DreamC gearriveerd en Marja en Henk met de Dina Helena. Natuurlijk ga ik op de foto met deze zeilende Wereldvrouwen (de groep waarvan ik al jaren lid ben op Facebook), Diny van de Dayak en Marja van de Dina Helena.

De dag voor kerst hebben we een borrel aan boord van de Tomski, met Lena en Marcel aan boord. Het lijkt wel of Leny ongeveer beetje iedereen heeft uitgenodigd en de boot zit vol met een zeer gemêleerd gezelschap van Fransen, Portugezen, Zweden, Spanjaarden en Nederlanders. Iedereen heeft iets te eten en/of te drinken meegenomen. Zo maken we onder meer kennis met typische Zweedse koekjes, broodjes en sterke drank. De sfeer zit er goed in en de Zweden beginnen spontaan als eerste een kerstliedje te zingen, waarop alle anderen niet achter kunnen blijven. Er vloeit de nodige drank en na afloop zwalken we over, een nogal bewegende steiger, vanwege de swell in de haven. Het lijkt wel een golfplaat en dat komt niet alleen door de drank……..De volgende dag op 1e kerstdag gaan we met een aantal Nederlanders uit eten bij een goed Italiaans restaurant de ‘Taverne’. Een gezellig restaurant met muziek en goed eten.

Van Marten krijgen we een overheerlijk kerstkrans waarvan ik dubbel geniet.

De tweede kerstdag vieren we op onze boot lekker met zijn tweetjes. Kleine hapjes eten terwijl we naar een aantal films kijken. Het blijft bijzonder om kerst in deze temperaturen te vieren. Elk jaar is het weer een verrassing waar we de feestdagen zullen vieren.

De dag voor oud en nieuw horen we één van de zeilers geregeld heeft dat we het terras van de bar van de Marina na 21:00 uur mogen gebruiken om een oudejaarsfeestje te geven. Alle zeilers zijn welkom! Het is de bedoeling dat iedereen eigen eten en drinken mee neemt. Maar dat er zoveel gehoor aan wordt gegeven verbaasd ons enorm. Er zijn zeker 100 mensen aanwezig en het eten past maar nauwelijks op de tafels. Van wraps, salades tot hele taarten toe. De sfeer is super gezellig en er wordt ook gedanst op de muziek. Maar toch ontstaan er groepjes, de Fransen klitten lekker bij elkaar (vaak doordat ze geen Engels kunnen) en wij als Hollanders zoeken elkaar ook op. Om 24:00 uur barst het vuurwerk los en proosten we op het nieuwe jaar. Dat het maar een goed zeiljaar mag worden voor iedereen.

De kade van Mindelo ziet het letterlijk zwart van de mensen die eerst van het vuurwerk en daarna van de muziek op straat genieten. Samen met Marten wandelen toch ook maar even de stad in om hiervan te genieten. Wat een mensenmassa! Straten vol met vrolijk dansende mensen. Omdat ik me nog niet helemaal fit voel (ik heb de afgelopen weken veel gehoest en een longontsteking opgelopen, hierover later meer) maken we het niet te laat. Om half 3 zijn we weer terug bij de boot. We kunnen wel zeggen dat dit toch wel één van de meest spectaculaire oudejaarsfeesten tot nu toe was.

We wensen alle lezers van ons blog een bijzonder gezond,
maar vooral een heel happy 2019 toe.

Kaapverdie – Santiago, 2e keer

01-12-2018 t/m 03-12-2018
We vertrekken vandaag van Brava naar Santiago, een zeiltocht van 87 zeemijl en 24 uur. Op deze trip zeilt opstapper Kee mee, die we op Brava hebben leren kennen. Ze is erg enthousiast want het is de eerste keer voor haar dat ze op een oceaan zeilt. We roeien naar de kant om Kee op te halen en gaan nog even voor de laatste keer iets drinken bij Anna. Dan blijkt dat George (de man van de Marine Policia) daar nu net binnen aan het lunchen is. We moeten even op onze woorden letten, want officieel moeten we natuurlijk melden dat we iemand meenemen aan boord. We nemen afscheid van Mathilde, Rob en Erick en lopen zo opvallend mogelijk terug naar de dinghy. Bij de boot aangekomen hijsen we de dinghy aan boord en bereiden ons verder voor op ons vertrek. We leggen Kee globaal een aantal zaken uit die op dit moment van belang zijn, de rest komt wel als we onderweg zijn.

Om 16:00 uur zijn we zover en halen het anker op om de baai van Brava te verlaten.

De wind komt uit het noordoosten en we zullen waarschijnlijk de hele tocht motorzeilen (grootzeil, Genua en de motor). Het weer is gelukkig erg mooi en warm zodat we in een korte broek in de kuip kunnen zitten. Omdat we een nachtje doorzeilen lopen we natuurlijk ook wacht en we laten het aan Kee over welke uren ze mee gaat draaien. Er staan aardige golven en Kee en ik moeten hier even aan wennen, hoewel we niet echt zeeziek worden hebben we toch een beetje raar gevoel in onze buik. Natuurlijk heeft Fred weer nergens last van, mazzelaar! Kee vindt het geweldig om te sturen en geniet zichtbaar van deze tocht. Het is een mooie tocht, ondanks de golven. Tijdens deze zeiltocht zitten Kee en ik gezellig te kletsen, we hebben het geweldig naar onze zin. Fred maakt ‘s avonds het eten klaar omdat wij liever buiten blijven. De wachttijden gaan in en Kee draait zowel met mij als met Fred een aantal uren mee. De volgende dag neemt de wind toe en de windmeter geeft zelfs een keer 40 knopen wind aan (windkracht 8)! Dan komt het eiland Santiago in zicht en naderen we de baai. We zien meteen dat er grote golven de baai binnen rollen en moeten goed opletten waar we gaan ankeren. Je wilt namelijk niet dat de boot door een golf meegenomen wordt richting strand……. De vorige keer was het hier toch veel rustiger, dit doet ons meteen aan Brava denken. Wanneer we eenmaal goed voor anker liggen, proosten we op deze tocht, waar we alle drie van hebben genoten!

‘S avonds gaan we naar de kant met de dinghy en eten een pizza bij onze favoriete restaurantje annex bakker. De volgende ochtend is het helaas tijd om afscheid van Kee te nemen. Zij neemt een aluguer naar Praia om van daaruit de ferry terug te nemen naar Brava waar ze nog een aantal weken bij Marijke en Erick al vertoeven. Bij het busje zwaaien we haar nog even uit. Heel raar, maar ik heb een beetje last van een ‘empty nest syndroom’. Het was leuk om een gezellig jong persoon als Kee aan boord te hebben, al was het maar voor korte tijd. We kunnen niet anders zeggen dat we het heel erg leuk hebben gevonden dat Kee meegezeild heeft en wie weet vaart ze nog eens mee in de toekomst…… Bedankt voor je gezelschap Kee!

Overige tijd in Tarrafal
We blijven nog anderhalve dag in Tarrafal en dan zullen we daaruit naar Mindelo op Sao Vincente zeilen. Nadat we enkele boodschapjes hebben gedaan drinken we iets bij het restaurant ‘Buzio’. Dit restaurant dankt zijn naam aan de schelpensoort dat hier veel voorkomt. Er liggen een aantal schelpen in het restaurant ter versiering en omdat ik deze zo mooi vind krijg er ééntje cadeau van de ober. Dit restaurant was nog niet open toen wij de vorige keer in Tarrafal waren. Aan de wand hangen schilderijen van bekende zangers en zangeressen en staat een grote vogelkooi met een stel kwetterende parkieten.

Dan is iedereen ineens bezig met verschuiven van tafels en stoelen, want er komt een grote groep aan.
Het blijkt dat het vandaag de dag van het gehandicapte kind is en dat moet gevierd worden met zang en dans. Het is een gezellige drukte vanjewelste wanneer een grote groep gehandicapten met familie en verzorgers op de stoelen plaats nemen. Er wordt muziek gemaakt, gezongen en gedanst. Voor ons weer een buitenkansje om zoiets mee te maken.

De volgende dag gaan we weer verder, ditmaal terug naar Mindelo, Sao Vincente.

Kaapverdie – Brava

14-11-2018 t/m 31-11-2018
Onderweg
We zijn al een poosje in Mindelo (Sao Vincente) en gaan nu naar het allerkleinste bewoonde eiland van Kaapverdië. Het wachten is op een goed weer momentje. Brava is één van de benedenwindse eilanden en daarvoor is de heenreis een stuk gemakkelijker dan wanneer we daarna terug gaan naar Sao Vincente. Op woensdag is het dan zover en we verlaten de baai bij Mindelo rond het middag uur. Het is ongeveer 130 zeemijl, ruim 24 uur varen, dus een nachtje op zee. De voorspelling is dat we de wind schuin van achter hebben met golven van rond 2 meter. Overdag zeilen we op het grootzeil en genua en voor de nacht zetten we een rif in het grootzeil. Gedurende de nacht nemen de golven en wind toe en begint het steeds meer een ‘bumpy ride’ te worden. Niet helemaal wat we er van hebben verwacht, maar ja, wanneer is de weervoorspelling nu wel helemaal goed! We hebben zelfs windvlagen van meer dan 26 knopen. Tijdens mijn nachtelijke wacht, zie ik ineens vlak voor ons een rood en groen lampje opduiken, wat betekend dat er een boot recht op ons af vaart. Op de instrumenten is het nog niet zichtbaar, zodra ik de contouren van een andere zeilboot zie, verschijnt er ook ineens een signaal op het scherm. Die zet nu pas zijn AIS aan. Ik behoud mijn koers zoveel mogelijk en zie dat het bootje op nog geen mijl afstand langs vaart. Dit was dan ook weer het enige spannende van deze nacht. Verder probeer ik mezelf zoveel mogelijk af te schermen tegen de golven die af en toe overkomen. Er zijn zelfs inktvisjes aan boord gespoeld. Eentje hebben te laat overboord gezet, die had Kit al te pakken en verorberd.

Rond 11:00 uur zien we de vage omtrekken van de eilanden Fogo en Brava verschijnen.

Zodra ik mobiel bereik heb, stuur ik Marijke (een Wereldvrouw die op Brava woont) een berichtje dat we er bijna zijn. De golven zijn behoorlijk hoog en daardoor besluiten we om pas in de baai het zeil te strijken. Om 13:00 uur naderen we de baai en varen om de kleine rots heen waarna de golven gelukkig een stuk minder zijn. We varen een paar rondjes om te bepalen waar we ons anker uitgooien. De beste plek om te ankeren is in de buurt van de vissersbootjes had Marijke ons verteld. Er ligt één klein Frans houten zeilbootje en daarnaast ankeren we. Dit bootje is werkelijk piepklein, ongeveer 6 meter. Later vernemen we dat ze niet alleen vanaf Frankrijk hier heen zijn komen zeilen maar ook nog eens straks de oceaan over zullen steken. We vinden het nogal gewaagd en moedig van deze Fransen. We blijven de rest van de dag aan boord, om zeker te weten dat het anker goed gepakt heeft.

Brava
Is het kleinste vulkanische bewoonde eiland van Kaapverdië, maar 64 km² groot en ligt ten westen van het eilandje Fogo. Het telt nog geen 6.000 inwoners en ‘Nova Sintra’ is de belangrijkste stad, die op 500 meter hoogte ligt in de bergen. Het eiland is klein, maar heeft een afwisselend landschap met een bergachtige natuur, steile kliffen, pittoreske dorpjes en één van de mooiste baaien van Kaapverdië, ‘Fajã de Água’. Ten noorden liggen een aantal kleine onbewoonde eilandjes, Grande en Cima, die ook bij Brava horen. Het hele jaar door, dag en nacht, schommelt de temperatuur tussen de 20 en 25 graden. Dus nooit koud en niet te heet. Alleen in januari, februari, maart kan je wel een vestje gebruiken ‘s avonds. De regentijd is ‘officieel’ van juli tot november, maar dat betekent vooral dat er KANS op regen is en absoluut niet dat het elke dag regent! Brava wordt nog nauwelijks bezocht door toeristen en dat merk je. Het is een aanrader voor mensen die tot rust willen komen en van eenvoud houden, waar je goed kunt wandelen, snorkelen, vissen, zwemmen, ontspannen en het Kaapverdische leven kunt proeven. Naast Portugees wordt er voornamelijk Creools gesproken. Op elk eiland van Kaapverdië klinkt het Creools weer heel anders dan op de andere eilanden is onze ervaring tot nu toe. Er is duidelijk een verschil tussen de noordelijke en de zuidelijke eilanden en dat geldt niet alleen voor de taal. Ooit is er een landingsbaan aangelegd op Brava, maar die is al jaren gesloten. De baan was te kort en het was te gevaarlijk om te landen vanwege de sterke zijwinden die hier heersen. Nu kun je alleen per zeilboot of veerboot vanaf Santiago (Praia) en vanaf Fogo naar het eiland komen.

In de baai  van Fajã de Água’
Stukje geschiedenis
Brava is in 1462 ontdekt door de Portugezen, maar ondanks dat het toen al ontdekt was, vestigden er zich pas mensen in 1573. In 1680 vond er een vulkaanuitbarsting plaats op het nabij gelegen eiland Fogo. Dit leidde ertoe dat veel inwoners van Fogo naar Brava vluchtten. Zij ontdekten al snel dat Brava een zeer vruchtbaar eiland is en begonnen koffie, suikerriet, mais en aardappels te verbouwen. Het leven op Brava was zo goed dat veel voormalig inwoners van Fogo besloten niet terug te keren. Rond 1850 kwamen er verschillende walvisvaarders naar Brava om hun voorraden aan te vullen. Daarop besloten veel jonge inwoners van Brava om met deze walvisvaarders mee te gaan. Sommigen als bemanning bij de walvisvaarders, anderen om naar de Verenigde Staten te gaan en daar werk te zoeken. Veel immigranten uit Brava hebben zich gevestigd in Boston, Providence en New Bedford. Tijdens en na de grote depressie in de Verenigde Staten besloten veel voormalige immigranten uit Brava terug te keren naar hun thuisland. Echter, op Brava was het leven ook zwaar. De gevolgen van de Tweede Wereldoorlog zorgden ervoor dat er weinig levensmiddelen naar de eilanden van Kaapverdië kwamen. Gevolg hiervan was dat veel mensen aan de hongersnood overleden. In 1982 verwoestte een orkaan ook nog eens een groot deel van de infrastructuur op Brava. Vele nazaten van de geëmigreerde Kaapverdianen komen met regelmaat terug naar de eilanden, sturen geld naar de familie en hebben veelal nog een huis op het eiland. Dit is mede de reden dat men hier ook wat meer Engels spreekt.

 

De baai bij het dorpje ‘Fajã de Água’
Is werkelijk een plaatje, wat is het rustig hier! De baai is omringd door hoge rotsen en in één daarvan zie de vorm van een gorilla of is het een indiaan? Fred deelt mijn rijke fantasie niet. Er loopt een weg langs de kust waar de huizen van het dorp aan liggen, sommige in koloniale stijl en wit met blauw geschilderd.

Tegen de groene helling met terrassen en palmbomen, staan nog enkele huizen waaronder die van Marijke en Erick. In deze baai is geen strand, het bestaat voornamelijk uit grote zwarte door het water afgeronde stenen. Een hoge kade muur moet het dorp beschermen tegen de golven. Er is eigenlijk maar één geschikte plek om aan land te komen en dat is waar de vissersbootjes op een helling liggen. Dit is een deels ommuurde helling waar acht vissersboten liggen. Een klein schattig kerkje bevindt zich aan het begin van het dorpje. Omdat de afstand niet zover is roeien we naar de kant en laten de buitenboordmotor aan boord van de Pegasus. Voor de kust dobberend bekijken we eerst even hoe we aan land gaan, want het is en blijft altijd een kunst om op het juiste moment de golven af te wachten en te landen. Gelukkig gaat het allemaal goed en komen we redelijk droog aan. We trekken de dinghy wel zover mogelijk de helling op en leggen deze naast de vissersbootjes. Van de visserman Dani kopen we enkele mooie vissen.

Ontmoetingen
We kijken er naar uit om Marijke Katsburg (Wereldvrouw) en Erick Mulder te ontmoeten. Ik heb al ruim 1,5 jaar contact met Marijke via de sociale media. Ook Marijke heb ik leren kennen via de Facebook groep ‘Wereldvrouwen’, waar nu bijna 20.000 vrouwen lid van zijn. We hebben al diverse malen contact gehad met Nederlandse vrouwen die in het buitenland wonen. Het is niet alleen bijzonder leuk, maar ook erg interessant om te horen hoe deze vrouwen in het leven staan en het leven in het betreffende land ervaren. Je neemt op deze manier een ‘kijkje in hun keuken’. Marijke is samen met haar man Erick, ruim 6 jaar geleden geëmigreerd is naar Brava. Zij verhuren nu drie eenvoudige appartementen op de berg in het dorpje Fajã de Água, www.kazadizaza.com. Het kleinste appartement is gemaakt van flessen, wat ik een super goed idee vindt. Er is een toilet buiten en ook douchen doe je open en bloot in de natuur, maar met een geweldig uitzicht.In de afgelopen anderhalf jaar heb ik van Marijke al de nodige informatie gekregen over het eiland Brava. Eén van de dingen die mij meteen waren opgevallen is dat ze beide zeer begaan zijn met de lokale bevolking en zich inzetten om dingen op hun eiland te verbeteren door middel van het opstarten van diverse projecten. Naast de inkomsten van de appartementen leven ze van wat het land opbrengt, maken o.a. hun eigen jam, geitenkaas en ‘vruchtenwijn’. Er zijn, sinds Marijke en Erick op Brava wonen, al verschillende zeilers op bezoek geweest. We hopen een bijdrage te kunnen leveren met onze verhalen waardoor mensen aangestoken worden met het Kaapverdië virus. Dat men niet alleen de meest toeristische eilanden, zoals Sal en Boa Vista,  zullen bezoeken maar ook de andere eilanden. Brava is zeker de moeite waard om te bezoeken.

We hebben met Marijke afgesproken in het cafeetje van Anna (met de blauwe luifel) om kennis te maken met haar en Erick. Super leuk om elkaar nu eindelijk te ontmoeten, het heeft lang genoeg geduurd. Gezamenlijk drinken we een glaasje op de ontmoeting. Ze vertellen ons dat ze George van de Maritieme Policia al op de hoogte hebben gebracht van onze komst. George is een goede vriend van hun, maar wanneer het om werk gaat, dan is hij streng en zakelijk. We worden geacht om ons te melden in ‘Furna’, het dorp waar ook de veerboten aankomen. Aangezien het nu weekend zal dat tot maandag moeten wachten. Toen nog niet wetende dat dit vele dagen later zou gaan worden….

Voor anker en storm
Twee dagen na onze aankomst bij Brava is het gedaan met het rustig voor anker liggen hier. Er komen steeds meer golven de baai in, waardoor we het veiliger vinden om wat verder uit de kust voor anker te gaan. Gelukkig maar, want dat was niet overbodig. Enorme golven rollen met veel geweld de baai in. We schudden alle kanten op en zelfs zo erg dat ik er een hele dag zeeziek van ben. Meters hoge golven spatten tegen de kade muur omhoog en zelfs over de muur heen. De vissers halen zelfs hun bootjes van de helling af om ze hoger en veiliger te leggen. Nee, er is geen sprake van dat wij op dit moment naar de kant kunnen. Gelukkig hebben we genoeg voorraden en de watermaker aan boord om het even uit te houden. Het is gedaan met de zo rustige baai die we zagen bij onze aankomst. De bewoners van het dorp kijken met lede ogen naar ons heen en weer schommelende boot en vragen zich ernstig af of dat wel goed gaat. Wij hebben weer een hele andere kijk op het dorp. Hoge golven slaan over de kade heen en maken gaten in de weg.

Vanaf de boot gezien

Marijke maakt een paar spectaculaire foto’s van onze boot op de hoge wilde golven. Er wordt gesuggereerd dat we beter naar Furna kunnen zeilen en daar voor anker gaan, maar dat vinden we geen goed plan. Dan moeten we namelijk tegen de golven in terug naar het noorden varen en dat wil je echt niet in deze situatie. Nee, we schommelen het wel uit totdat het over is.

De Pegasus verdwijnt in de golven…….
Een mooie witte vogel met een oranje snavel is zo moe dat hij op de rand van onze reeling neergestreken is (helaas is de foto niet zo goed omdat ik deze door de ruit moest nemen i.v.m. Kit).

Vreemde vogel
Maritime Policia
Het is pas woensdag, zes dagen na aankomst, wanneer weer de mogelijkheid hebben om aan land te komen. We zijn van plan om ons maar eerste te melden bij de Maritieme Policia in Furna. Er rijden kleine busjes (aluguer) heen en weer naar de hoofdplaats Nova Sintra. Bij Anna wachten we totdat er een busje komt. Je moet geduld hebben, want hier doen ze niet aan vaste tijden. Dat hebben we nu na een aantal maanden bij Kaapverdië te zijn wel geleerd. We kunnen mee met een busje dat eerst gevuld wordt met tien zeer luidruchtige schoolkinderen, die allemaal gezellig achterin willen zitten. Scholen zijn niet zo groot en daardoor gaan de kinderen of de ochtend of de middag naar school. We rijden eerst ‘naar boven’ de berg op naar ‘Nova Sintra’, daar stappen we over op een ander busje om in ‘Furna’ te komen.
De weg hiernaartoe blijkt de enige geasfalteerd weg te zijn die het eiland rijk is. Na heel veel bochten belanden we in Furna en vragen waar het kantoor is van de Maritime Policia. Onderweg komen we iemand tegen die Engels spreekt en verteld dat het nu lunchtijd is en dat ze niet aanwezig zijn. JohnJohn heeft in Amerika gewoond is nu (volgens eigen zeggen) de enige tourgids op Brava. Ja hoor, dat geloven we direct! Dan maar ergens even lunchen en hij brengt ons naar een lokaal tentje, ‘Martin’, waar we een heerlijk maaltijd krijgen.

Dan opnieuw naar het kantoor, maar er is nog steeds niemand aanwezig. Op een gegeven moment is iemand bereid om George even op te bellen en dan komt hij na 10 minuten binnen wandelen. Een beetje norse man die ons wenkt mee te gaan naar zijn kantoor. Hij zit een beetje mopperend achter zijn bureautje door onze papieren te bladeren. Zijn Engels is niet zo goed en wij spreken niet zo goed Portugees. Met verbazing constateert hij dat we al sinds mei bij Kaapverdië zijn en dat is meer dan 3 maanden! Dat mag officieel niet! Maar dan zeg ik dat we graag alle eilanden willen bekijken en het hier zo mooi vinden en daarom wat langere tijd hier door willen brengen. Dan verschijnt er een grote glimlach op zijn gezicht en maakt hij de papieren in orde. We moeten nog wel even een de administratiekosten van de inklaring betalen van € 7,00. We geven aan George een fictieve datum van ons vertrek op, zodat we meteen onze scheepspapieren mee krijgen. Anders moeten we namelijk de dag voor vertrek weer helemaal hierheen om deze op te halen. Bovendien weten we nooit wanneer we precies vertrekken, omdat we afhankelijk zijn van de wind en golven.
 Wanneer je hard gewerkt hebt, wil je natuurlijk ook even een dutje doen…..

Bij onze terugkomst in Fajã de Água gaan we de berg op naar het huis van Marijke en Erick. Onder het genot van eigen gemaakt wijn en geitenkaas leren we elkaar beter kennen en blijven we gezellig een hapje mee-eten.

Je kunt lekker relaxen in je eigen hangmat en de buiten toilet heeft een prachtig uitzicht, Marijke verteld dat ze plotseling terug moet naar Nederland vanwege familieomstandigheden. Erg jammer dat we elkaar zo kort zien, maar het is niet anders. Wel een reden temeer om nog een keer naar Brava te gaan voordat we de oceaan oversteken. Erick geeft ons een aantal dagen later een rondleiding over hun terrein en laat de appartementen zien. Wat een prachtig uitzicht hebben ze hier! Ook werpen we een blik op de ‘beestenboel’ en het kleinste appartementje van Kaza di Zaza. Je kunt wel zeggen dat ze hier prachtig wonen.

Tour over het eiland
Erick heeft voor ons een busje geregeld die ons een eiland tour geeft. De chauffeur heet Carlos en is een gezellig stevige man die goed Engels spreekt. Er logeert op dit moment een jong meisje, Kee, voor een maand in één van de appartementen van Marijke en Erick. Zij gaat ook mee met de eiland tour. Kee en ik hebben vrijwel meteen een leuke klik en zitten tijdens de rit gezellig te kletsen. We blijken allebei gek te zijn van dezelfde dingen, zoals ezeltjes en oude deuren etc. Carlos laat ons allerlei uitzichtpunten zien en verteld ons over het eiland.
Carlos, onze eigen prive gids
 
Onze Pegasus in de mooiste baai van het eiland Brava.

Wat zien we tijdens deze tour over het eiland?

De meeste wegen zijn weliswaar bestraat, maar niet zo goed onderhouden en erg hobbelig. Groene heuvels met terrassen afgewisseld met rotspartijen versieren het landschap. Bijna elk dorpje heeft een basisschooltje, voetbalveldje, half afgebouwde huizen waarvan sommige mooi geschilderd zijn, mini supermarktjes waar de locals samen komen en het bekende spelletje Oware spelen. In één van de dorpjes rijden we langs een bijzonder kleurrijk huis wat versierd is met allerlei ornamenten zoals bloemen en slangen. Hele primitieve huizen met een bijgebouwtje van riet en golfplaten waar dieren in gehouden worden. Mooie witte kerkjes en heel veel ezeltjes die water in jerrycans en stapels hout vervoeren. Er zijn een aantal leuke baaien waar je kunt zwemmen, maar geen zandstranden. Er loopt een smal, maar fraai wandelpad, vanaf boven naar de baai waar de boot ligt. Carlos legt uit dat er waterbronnen zijn op de berg en wijst ons de waterreservoirs aan die halverwege de berg liggen. Tijdens de rit zien we bovenop bergtoppen en afgelegen plekken huizen staan die een prachtig uitzicht over zee hebben. Hier zou je wel willen wonen, alleen moet je alles per voet doen, want er loopt geen weg naar toe. Boten van beton op elke hoek hoog op het eiland, een soort van monument als eerbetoon aan de vissers. We gaan laat lunchen in de hoofdstad Nova Sintra en doen ook maar meteen enkele boodschappen. Dan is de tour ten einde en brengt Carlos ons terug naar Fajã de Água.

Het was een super gezellige dag waarbij we een goede indruk van het eiland hebben gekregen.

Still in love

Nova Sintra
Deze plaats kenmerkt zich door de vele hibiscusplanten en groentetuintjes. De toegangsweg bestaat uit een laan met in de middenberm hoge bomen. Een mooi groot plein annex park, waar je wat kunt eten en drinken. Diverse supermarktjes en een groente/fruit hal. Er lopen diverse mensen rond met bakken met fruit en groente. We gaan een aantal keren met de aluguer terug naar deze plaats.

Samen met Erick gaan we naar een houthandel om een stevig balk te kopen. Erick is goed in houtbewerken en zo lief om deze balk voor ons op maat en in de vorm te maken die we graag willen. Deze balk willen we gaan gebruiken als een soort tijdelijke boegspriet om de gennaker aan te bevestigen.

Hoe herken je een Hollander in het buitenland? Het valt echt niet op hoor, die grote gele JUMBO tas!
Ook zoeken we een kapper op, want mijn haar is veel te lang geworden. Hier werken uitsluitend mannen, maar het is geen probleem om mij te knippen. Met gebaren leg ik uit dat ik mijn haar kort geknipt en in laagjes wil hebben. De kapper is erg serieus en neemt alle tijd om mijn haar te knippen.

Fred laat ook maar even zijn haar bijwerken. Normaal gaat er bij hem de tondeuse over heen en klaar is kees, maar nu word hij netjes geschoren met een scheermes (nieuw uit de verpakking) en zelfs zijn wenkbrauwen worden keurig bijgewerkt. Voor de prijs hoef je het zeker niet te laten, € 3,00 voor mij en € 2,00. Hoe kunnen ze er van leven vraag je je dan meteen af.


Lekker kort koppie!

Wat hebben we verder gedaan en wat is onze indruk van Brava
Dani de visser begroet ons wanneer we door het dorp lopen. Op een muurtje voor zijn huis ligt vis te drogen. Dani neemt ons mee zijn huis in en legt uit dat de vissen eerst twee dagen moeten weken in een bak met azijn.
Daarna worden ze te drogen gelegd op het muurtje.
Op een dag maken we een wandeling vanuit het dorp naar het natuurlijk gevormde zwembad, onderweg genietend van het uitzicht over de rest van de baai. De trap naar beneden toe is tijdens de laatste storm (toe wij zo lagen te schommelen in de baai) voor een gedeelte weggeslagen.

 

EEEven uitrusten op een muurtje met uitzicht over zee. Aan het einde van de dag eten we bij het lokale restaurantje Bar di Nos, waar Anna ons vriendelijk ontvangt. Met gebarentaal proberen we elkaar te begrijpen.

We maken ook kennis met Rob en Mathilde, een stel Nederlanders die plannen hebben om een huis te kopen op Brava. Ze logeren nu in een appartement van Marijke en Erick. Zij maken een aantal foto’s van ons wanneer we met onze dinghy aan land komen.

Voordat we vertrekken gaan we nog een keertje gezellig met z’n allen bij Anna eten ter afscheid. Ook Kee is van de partij en omdat zij net zo van zeilen houdt als wij hebben we gevraagd of ze zin heeft om met ons mee te varen van Brava naar Santiago. Ze is helemaal enthousiast en wil graag met ons mee. Van daaruit kan ze dan de ferry terug nemen naar Brava. Voor ons gezellig om eens een opstapper aan boord te hebben en voor haar een nieuwe ervaring om op zee te zeilen.

We vinden Brava een mooi en zeer rustig eiland wat niet overspoeld wordt met toeristen. Wanneer je van wandelen houdt kun je hier je hart ophalen en van de mooie natuur genieten. De bevolking is vriendelijk, behulpzaam en zeker niet opdringerig. Het is hier een hele andere wereld en de gemoedelijke sfeer maakt dat we ons hier al gauw thuis voelen.


Er heerst hier op Brava een echte ‘No stress’ sfeer, zoals men in Kaapverdië zegt.

Kaapverdie – Sao Vincente deel 2

18-09-2018 t/m 13-11-2018
Na de terugkomst van Fred blijven we nog twee weken in de haven liggen. We voelen ons beide niet echt fit, zijn verkouden en hoesten. Voor Fred was de overgang tussen Nederland en Kaapverdië de boosdoener, voor mij lag het iets anders (zie het aparte blog over gezondheid).
Daarna gaan we in de baai voor anker en laten ons anker vallen schuin achter een grote tweemaster uit Gibraltar, die hier zo te zien al jaren ligt. Er liggen nog enkele boten voor anker, maar veel zijn het er niet. Ondanks dat we verhalen gelezen hebben over inbraken en overvallen op boten in Kaapverdië, voelen wij ons geen moment onveilig. Misschien komt het ook wel doordat we hier al enige tijd zijn en de mensen ons meer en meer gaan herkennen. Voordat we naar Gambia gingen hebben we tralies gemaakt voor het boven luik van de salon, iets wat daar ook geheel overbodig bleek te zijn. Misschien moeten we ons minder laten leiden door al die ‘wilde’ verhalen.
Wanneer we ’s avonds naar de kant gaan met de dinghy ’s dan laten we altijd twee kleine lampjes binnen aan. Dit doen we niet alleen om het te laten lijken of er nog iemand aan boord is, maar ook voor onze kat Kit. Soms zetten we ook de muziek aan die in de kuip goed te horen. Maar ook dit laten we na een poosje achterwege. De meeste werknemers van de Marina en mensen van boten in de haven die er altijd liggen, kennen ons nu wel van gezicht. Ook de langsvarende vissers groeten we zoveel mogelijk. Na een poosje voor anker te hebben gelegen kunnen we de conclusie trekken dat dit vele malen beter is dan het liggen in de haven. Wel jammer dat we nu natuurlijk niet meer gebruik kunnen en mogen maken van de douches.

São Vincente
Dit vulkanische eiland behoort tot de noordelijke eilanden en is een klein (ongeveer 227 km2), bergachtig, droog en kaal eiland. Er is heel weinig groen te vinden omdat de bergen van Santo Antão, het eiland dat voor São Vicente ligt, de stormen, maar ook meestal ook de regen van het eiland weg houdt. Het relatief vlakke midden van het eiland wordt door drie middelhoge bergen begrensd, waarvan de hoogste berg, ‘Monte Verde’ (de groene berg, welke midden in het Parc natural ligt), een hoogte heeft van 774 m. Van daaruit heb je een prachtig uitzicht over het eiland. Aan de westkant van Mindelo vind je het internationale vliegveld, vlakbij het plaatsje San Pedro. Zowel hier als in het noorden bij het strand van ‘Salamansa’ wordt veel aan surfen en kit surfen gedaan wordt. Verder heb je hagelwitte stranden waaronder ‘Baia das Gatas’ (ook wel kattenbaai genoemd naar de meerval of katvis die hier veel voorkomt) en het strand in Mindelo ‘ Laginha Beach’. Nederlanders die naar São Vincente komen en ‘thuis’ voor de buis hebben gezeten kijkend naar het tv-programma ‘Helemaal het einde’, nemen daar ook graag een kijkje. De locaties Tamboer en Palmeira kun je per taxi bereiken. Hierover later meer wanneer ik onze ritjes over het eiland beschrijf.

 

Mindelo
Pas vanaf de 18e eeuw kwamen er langzaam steeds meer mensen op São Vicente wonen. De natuurlijke baai met zijn bekken in het noordwesten, ooit ontstaan door een vulkaanuitbarsting, werd door de Britten als ideale plek voor een haven gezien. Hier werd Mindelo gesticht en ontwikkelde zich in de 19e eeuw tot belangrijke doorgangshaven in de internationale zeevaart. Hier ligt de enige jachthaven van Kaapverdië waardoor veel zeilers vanuit Europa (of Canarische Eilanden) hierheen komen om daarna over te steken naar Zuid-Amerika en het Caribisch gebied. Zo levendig als Mindelo is, zo verlaten en doods is de rest van het eiland. Mindelo heeft ook op de inwoners van de andere eilanden een aantrekkingskracht door het internationale karakter en is hét cultureel middelpunt van Kaapverdië. Het ontwerp van de oude koloniale huizen, de lichte en gevarieerde kleuren van de gevels, maken het de mooiste stad van de archipel. Althans dat is wat de ‘gewone’ toerist leest op internet en in de gidsen.

Men spreekt niet zo gauw over de onafgebouwde en afgebladderde huizen, de vele bedelaars en de hoeveelheid honden die hier rond lopen, waardoor je toch een iets wat vertekend beeld krijgt. Het is wel een bijzondere kleurrijke stad wat mensen betreft. De mix van Portugezen en verschillende Afrikaanse volkeren maakt dat het uiterlijk van de mensen zeer uiteenlopend is. Wat ook wel grappig is dat je dan leest dat je als toerist b.v. echt het fort ‘Fortim do Rei’ gezien moet hebben omdat het uitzicht zo mooi is. Dat laatste is waar, het uitzicht over de stad en haven is mooi, maar het fort stelt niets voor. Het is half ingestort en lijkt meer op een ruïne.

Uitzicht over de stad Mindelo

Zomaar een pleintje
Een ‘mooi’ afgebladderd huis

Tegelwerk

De kleurrijke vismarkt ‘Mercado de Peixe’ is zeker de moeite waard en ook de ‘Mercado Municipal’, een overdekte markt aan de Rua de Libertad d’Africa, de weg naar het paleis. Er zijn nog verschillende plekken waar groeten en fruit wordt verkocht o.a. aan de Rua da Luz. En overal zie je vrouwen met manden en plastic zakjes met groeten staan of zitten.

Aan de waterkant staat de ‘Torre de Belém’, een bijzonder lelijk betonnen kopie van de ‘Torre de Belém’ in Lissabon. Daarnaast ligt een strandje met vissersbootjes waar een standbeeld staat van de Portugese ontdekkingsreiziger ‘Diogo Afonso’. Op het muurtje zittend kun je de baai mooi overzien. Onder de afdakjes spelen, vooral mannen, een spelletje kaart om geld en het gaat er soms heftig aan toe. Er zijn ook enkele musea en tentoonstellingen, maar daar vertel ik later meer over.

Torre de Belém

Bootjers op het strand

Daar ergens liggen wij voor anker

Spelletjes doen

Diogo Afonso
Bij het plein waar alle busjes staan die naar verschillende plekken op het eiland gaan, zijn kleine verkooppunten gebouwd waar veel Senegalezen en Gambianen hun spullen aan de man proberen te brengen. Overal in de stad vind je kleine supermarktjes annex barretjes. Natuurlijk zijn er gebouwen die de moeite waard zijn om te bekijken, zoals het voormalige (roze) paleis van de gouverneur ofwel het ‘Palácio do Povo’ (volkspaleis) wat nu gebruikt wordt voor exposities.

‘Palácio do Povo’
Er is op de Kaapverdië geen sprake van massatoerisme (gelukkig voor ons), maar het neemt wel toe. Af en toe komt er een cruiseboot die één of twee dagen blijft liggen en een paar honderd man stromen dan even de stad in totdat het tijd is voor het avondeten (want ja alles is inclusief aan boord he!) en dan loopt de stad weer leeg. Om een goede indruk van Mindelo en zijn bewoners te krijgen is het aan te raden om de stad per voet te verkennen of af en toe een bus te nemen. Naarmate je hoger de stad in gaat, wordt het contrast tussen arm en rijk steeds meer zichtbaar.

Uitzicht over Mindelo

Zomaar een pleintje

Mooi afgebladderd huis

Ook hier tegelwerk

Vervoer

Op het plein bij ons favoriete Casa Café zit een prima auto verhuurbedrijf, maar je kunt ook een Aluguer nemen met chauffeur. In Mindelo rijden vele bussen rond waar je gewoon een rondje mee kan rijden door de stad voorslechts € 0,40 per persoon per ritje. Alle taxi’s in Kaapverdië hebben een kleur en op São Vincente is dit wit. Een ritje in de stad kost tussen de 100 en 150 escudo’s (€ 1,00 – € 1,50). Naar het vliegveld is het 1000 escudo’s (€ 10,00), dit is bijna een vast tarief.

Muziek
De zeer bekende zangeres ‘Cesaria Evor’ (1941-2011) is op dit eiland geboren. Zij zong de nationale muziek van Kaapverdië  ‘Morna’ in het creools. Deze zang is melancholisch en wordt veelal begeleidt door gitaar, viool, piano, accordeon of een ‘cavaquinho ‘(een snaarinstrument met 4 snaren met de grootte van een ukelele die doorgaans een stemming heeft van een banjo met 4 snaren). Vele artiesten van nu spelen haar nummers en nu wij al geruime tijd in Kaapverdië zijn herkennen wij zelfs de muziek en teksten! Daarnaast heb je de zogenaamde ‘Funaná’ zang en muziek, dit heeft meer tempo en klinkt veelal een stuk vrolijker. In vele restaurantjes en barretjes wordt ’s avonds muziek gemaakt. Ook maakten we verschillende weken in september en oktober mee dat de straat, richting het paleis, afgezet werd en dat er van 21:00 – 23:00 uur muziek gemaakt werd. Op deze avonden is dit een plek waar mensen samen komen, hun gedachten verzetten door te luisteren en te dansen op de muziek. Wij hebben diverse avonden erg genoten van de muziek. Ook zoeken wij vaak de restaurantjes op waar ‘Morna’ muziek gespeeld wordt. Bij ‘Bom Costa’ hebben we meerdere malen genoten van de muzikanten en hun muziek. Deze mensen zijn helemaal in hun element wanner ze muziek maken.


Muziek bij Bom Costa

Muziek houdt deze man jong

Muziek bij Casa Café

Zaterdagavond, muziek op straat
Waar Mindelo ook om bekend staat is het carnaval en dat is één van de redenen waarom wij pas halverwege maart hier vandaan zullen vertrekken, want dit willen we natuurlijk meemaken. Dus voor dit verslag moeten jullie nog even geduld hebben!

Restaurantjes en bars

De afgelopen periode hebben we hiervan al de nodige bezocht en ‘gekeurd’. Je moet tenslotte het verschil weten niet waar! We hebben ondertussen natuurlijk zo onze favoriete plekjes, zoals ‘Casa Café’, waar we al een leuk contact hebben met het bedienend personeel Valdir, Vanny en Zu. Vaak hoeven we niet eens meer iets te bestellen en komen ze al met de witte wijn voor mij en de rode wijn voor Fred aanzetten. Ook drinken we hier vaak een kopje koffie op het terras met zicht op het plein. Vanny geeft ons regelmatig een omhelzing en Valdir begroet ons op de Kaapverdiaanse manier (gesloten vuist tegen gesloten vuist.

Casa Café
Met Vanny op de foto

Valdir
We eten graag bij ‘Bom Costa’, wanneer er livemuziek is en ook de ‘Taverne’ is een goed, Italiaans, restaurant. Bij restaurant ‘Pergola’ zit je onder een afdak op een binnenplaats en daar is ook elke avond muziek. Op de weg naar het paleis zit het restaurant ‘Chava d’Ouro’ op de 1ste verdieping.

‘Chava d’Ouro’

Hier kun je heerlijk en goedkoop eten en de leukste plek is dan op het balkonnetje op zaterdagavond wanneer er muziek in dezelfde straat is. Ook ‘O Cocktail’ ligt op de 1ste verdieping en is erg groot, maar je kunt er goed eten en ook daar is elke avond live muziek. Er zijn heel veel kleine lokale tentjes waar je heerlijk kunt eten, het is een kwestie van zoeken. Bij het strand is een gelegenheid ‘Caravela’ waar veel lokale mensen komen, waar het eten goed is en niet duur. De strandtent aan het begin van het strand is meer gericht op de toeristen met de daar bijbehorende prijzen. Het voordeel van deze laatste tent is dat ze de enige zijn met parasols en strandstoelen op het strand, waar je dan wel weer € 6,00 voor moet betalen.

Uiteraard vertoeven we ook aardig wat keren bij de ‘Floating Bar’ van de Marina.

Weer en klimaat

We zijn nu sinds mei 2018 bij Kaapverdië en hebben al de nodige weerwisselingen meegemaakt.
Het is zeer uiteenlopend, van zeer zonnig en warm tot mistig met veel wind en koud (althans naar de maatstaven van nu). Het blijven natuurlijk wel temperaturen tussen de 20 en 30+ graden, dus wat dat betreft mogen we zeker niet klagen. Een aantal weken met veel bewolking gehad en dan had de zon moeite om er doorheen te komen. In de afgelopen maanden hebben we ook een aantal keren behoorlijke harde wind (meer dan 25 knopen), waardoor we aardig liggen te schommelen en slingeren op de ankerplaats. Tijdens deze periode is het dragen van een vest tijdens de tocht naar de kant met de dinghy echt geen overbodige luxe. Wanneer deze dan weer gaat liggen, dan is de zee spiegelglad en draaien we alle kanten om ons anker heen. Ook ’s avonds, zodra de zon onder is, wordt het (januari en februari) behoorlijk frisjes. Op dagen dat het erg warm is, dan waarderen we het zeker dat we voor anker liggen en een zeebriesje hebben. Af en toe hebben we wat regen, als je tenminste kunt spreken van regen, want de paar druppels zijn bijna verdampt voordat ze de grond raken. In Februari hebben we een aantal dagen last van de ‘Bruma Seco’ ofwel droge mist. In Nederland zou je zeggen dat het heiig is. Het zicht is dan heel erg slecht. De kant is nauwelijks te zien, laat staan het eiland Santo Antão.
We zijn natuurlijk de afgelopen jaren gewend geraakt aan warmere temperaturen (Gambia 35+) en daardoor is onze gevoelstemperatuur al gauw ‘koud’ wanneer de temperatuur iets lager is. Ik heb zelfs met dikke sokken op de salonbank gezeten onder een lekker warme fleecedeken, terwijl de thermometer op 20 graden stond. Ja, ja, ik weet het, we zijn verwend!Taal
De officiële taal van Kaapverdië is Portugees en daarnaast spreken ze Creools dat een mix is van Portugees en andere talen. Onze ervaring is dat elk eiland zijn eigen versie heeft. Het wordt zeker gewaardeerd wanneer je enkele Creoolse woorden gebruikt en dat doen we dan ook zoveel mogelijk.
Er zijn ook inwoners van de eilanden die Frans spreken, jammer voor ons want dat kunnen wij niet zo goed. Omdat men meer op toeristen gericht is in Mindelo, spreken ze hier ook meer Engels, wat voor ons natuurlijk wel handig is.

Zomaar een gedicht

Zee

Ik wil alleen zijn met de zee,
ik wil alleen zijn met het strand.
Ik wil mijn ziel wat laten varen,
niet mijn lijf en mijn verstand.

Ik wil gewoon een beetje dromen,
rond de dingen die ik voel.
En de zee, ik weet het zeker,
dat ze weet wat ik bedoel.

Ik wil alleen zijn met de golven,
ik wil alleen zijn met de lucht.
Ik wil luisteren naar mijn adem,
ik wil luisteren naar mijn zucht.

Ik wil luisteren naar mijn zwijgen,
daarna zal ik verder gaan.
En de zee, ik weet het zeker,
zal mijn zwijgen wel verstaan.

NN

Kaapverdie – Sao Vincente deel 1

30-08-2018 t/m 17-09-2018 We liggen voor anker bij Sal Rei, Boa Vista en willen over een paar dagen naar het volgende eiland, Sao Vincente zeilen. De weerverwachting geeft aan dat er een storm aan komt ten zuiden van de eilanden. Dat willen we voor zijn en besluiten om nu maar meteen te vertrekken. Het is 134 zeemijl varen en ruim 1,5 dag zeilen.

We zeilen alleen op de Genua en hebben onderweg ruim 24 knopen wind. Het is niet het lekkerste weer, zwaar bewolkt en sombere wolken hangen boven ons. Het is best nog een pittig tochtje. Vanaf Boa Viste zeilen we naar het noordwesten en boven de eilanden São Nicolau en Santa Luzia. Mindelo ligt in het noordwesten van het eiland São Vincente. Zodra we het uiterste puntje van dit eiland naderen, begint het al harder te waaien. Tussen de twee eilanden, Santo Antão en São Vincente, neemt de wind nog meer toe en schiet de wind meter omhoog naar 32 knopen. De stroming hebben we ook mee en daardoor worden we gewoon naar Mindelo geblazen. Het is daarom ook sterk aan te raden om Mindelo altijd vanaf de noordkant aan te lopen. Vanaf het zuiden is het haast niet te doen. We zeilen tussen het eiland São Vincente en een rots/ eilandje ‘Ilhéu dos Pássaros’ door. Dit is een hoge rots met alleen een vuurtoren erop, een lange witte trap die naar boven leidt.


‘Ilhéu dos Pássaros’

Zodra we in de ‘Baia do Porto Grande’ zijn hebben we zicht op de commerciële haven waar de grote Ferry boten (o.a. de ‘Armas’) aankomen die tussen de eilanden varen. Aan stuurboord kant is de ankerplaats en recht vooruit ligt de jachthaven van Mindelo. Er staat nog aardig wat wind en we roepen de haven op, waarop er twee mensen van de marine ons opvangen en helpen met aanleggen. Eindelijk weer eens in een haven, dit is voor het laatst geweest op Tenerife en dat was oktober 2017 ! Kunnen we weer eens een lekkere douche nemen, daar verheug ik me al maanden op. Natuurlijk douchen we wel aan boord, maar dan uitsluitend met koud water wanneer we voor anker liggen. Alleen op momenten dat we de motor een poosje hebben laten lopen, is er warm water aan boord en dan nemen we weleens een warme douche buiten op het dek. We gaan ook de haven in omdat Fred binnenkort naar Nederland gaat voor een week en dan lijkt het ons beter dat de boot in de haven ligt. Ik blijf dan een weekje helemaal alleen aan boord, nu ja met Kit natuurlijk. Dit is de eerste keer dat Fred, sinds ons vertrek, naar Nederland op ‘vakantie’ gaat.

 

De haven
Het is niet zo druk in de haven er liggen maar enkele buitenlandse boten. We leggen de boot langs de lange steiger met de achterkant naar een zijsteiger. Door de harde wind staat er behoorlijk veel spanning op de landvasten en merken we al gauw dat door het getrek de lijnen veel sneller slijten dan we dachten. In de paar dagen die volgen knappen er 3 landvasten die we meteen moeten vervangen. Gelukkig hebben we altijd extra lijnen aan boord. Een extra stootwilletje is ook niet overbodig. Je kunt de boot prima achter laten in deze haven, wanneer je iemand hebt gevonden die een extra oogje in het zeil wil houden voor je. We melden ons bij het havenkantoor waar we een pasje krijgen voor de beide toegangshekken en voor watergebruik op de steiger en douche. Voor het pasje betaal je € 10,00 borg. Je kunt elke keer water extra kopen voor op het pasje, maak het water wel op voordat je weggaat, want geld krijg je niet terug. Voor 200 liter betaal je om en nabij € 1,00. De faciliteiten zien er redelijk goed uit en ik kan eindelijk lekker douchen.

Wanneer je voor anker ligt, kun je de dinghy aanleggen bij een drijvende steiger, hiervoor moet je natuurlijk wel betalen. Het kost je € 4,00 per dag of € 30,00 per maand. Wanneer het druk is in de haven, controleren ze regelmatig of je wel voor de dinghy hebt betaald! Er lopen overal werknemers van de Marina rond en af en toe zit er iemand op de kruk bij het toegangshek naar de steigers. Het is geheel willekeurig of dit hek afgesloten of open is. Vaak zie je mensen op de steiger staan die geen pasje bij zich hebben en er dan niet uit kunnen, wat naar onze menig levensgevaarlijk kan zijn! Waarom is er geen knop aan de binnenkant gemaakt om het hek open te maken, zoals in zoveel havens gebruikelijk is?

Natuurlijk doen we een ‘aankomst’ drankje bij de bar van de Marina en laten ze hier nu weer eens tapas hebben! Een lekker glaasje wijn met overheerlijke tonijnkroketjes. Fred werkt ook maar meteen zijn appjes bij!
Maritieme Policia
Daar we op vrijdag aangekomen zijn kunnen we daar pas maandag heen met onze papieren. Het kantoor bevindt zich vlakbij de Commerciële Port van Mindelo (Porto Grande). Vanaf de Marina loop je de betonnen kade af, links af de grote weg (met de mooie palmbomen) langs het water tot in de bocht bij de rots. Wanneer je voor het eerst in Kaapverdië aan komt moet je ook naar de douane om in te klaren. Bij hebben dit al op het eiland Sal gedaan. Mocht je tussendoor naar Nederland vliegen, dan moet je eerst een uitklaringsstempel in je paspoort halen (kantoor zit daar vlakbij) wat je € 25,00 kost. Bij terugkomst koop je een visum op de luchthaven (ook € 25,00).
Verjaardag Fred
Op 4 september vieren we samen Fred zijn 62e verjaardag door lekker uit eten te gaan. We komen terecht in het restaurant ‘Nautilus’, waar live muziek gespeeld wordt. Het eten is goed alleen is het jammer dat het er erg tocht omdat er zowel aan de voorkant als aan de achterkant deuren open staan.

 

Fred weekje naar Nederland
Voor hem is het de eerste keer dat hij op ‘vakantie’ gaat naar Nederland. Hij logeert bij zijn zus Ingrid en van daaruit gaat hij naar de tandarts, vrienden en overige familie. Voor hem en zijn zus is dit een zeer speciale week, niet alleen omdat ze elkaar al 2,5 jaar niet hebben gezien, maar ook omdat ze samen het as van hun overleden moeder uit gaan strooien.

Wat doe ik tijdens die week?
De week dat ik alleen ben, voel ik me een beetje ‘verloren’. Fred en ik zijn zo gewend om bij elkaar te zijn, al een aantal jaren zijn we dagelijks samen ‘thuis’. Nu is het niet zo dat ik mij zal vervelen in mijn eentje, want er is altijd genoeg te doen aan boord. Nee, ik amuseer me eigenlijk wel, maar samen is het gezelliger. Bovendien hebben we regelmatig contact!
Er is nogal veel swell in de haven, dit zijn de naweeën van de storm, waardoor het getrek aan de lijnen nog erger wordt. We hebben aan de lijnen een soort rubberen dempers bevestigd zodat de lijnen minder zouden slijten. Helaas is de spanning zo groot dat één van rubberen dempers kapot gaat. Een kikker op de steiger zit niet goed vast en ik moet (jammer genoeg) meerdere malen aan het Marinepersoneel vragen of ze deze vast willen zetten. Daarna is het nog niet op gelost en vraag ik of ze er één extra bij kunnen zetten, ook dit duurt eeuwig voordat dit gebeurd. Ja, ja, je moet geduld hebben in de Kaapverdië.…. Ook zijn er een aantal lijnen bijna doorgesleten, ondanks de bescherming er om heen. Dus ik op zoek naar nieuwe lijnen en rubberen dempers. De watersportzaak bij de Marina is erg duur en wil mij lijnen verkopen die alleen geschikt zijn als schoten en vallijnen. Hier kan ik wel de rubberen dempers krijgen. In de stad vind ik, na wat zoeken, een zaak voor landbouw en visserij ‘Terramar’. Hier koop ik een grote rol met touw, die keurig door de eigenaar Pedro voor me naar de haven wordt gebracht. Ik ga meteen aan de slag om lijnen af te branden op maat.

Verder was ik enkele kussenhoezen van de salon bank en maak de schoten en andere lijnen schoon. Met behulp van onze naaimachine naai ik (van een Senegalese lap stof) een korte en een lange broek. Ik breng tijd door bij ons, nu al, favoriete ‘Casa Café’en de bar van de Marina. Ten tijde van onze aanwezigheid in de eerste weken was de zogenaamde ‘Floating bar’ in restauratie en tijdelijk ondergebracht op de betonnen kade. De rest van de week gaat hierdoor super snel voorbij. Achteraf gezien had ik liever voor anker gelegen tijdens deze week, dat was een stuk relaxter geweest.
Fred terug uit Nederland
Uiteraard ga ik Fred ophalen van de luchthaven. Na een week is het fijn om elkaar weer in de armen te kunnen sluiten. Hij heeft twee grote zeiltassen en een koffer vol met allerlei spullen die we in Nederland besteld hadden, o.a. een membraan voor de watermaker. Op de boot stallen we alles uit op de salonbank en Kit kijkt toe. Er zitten zelfs al cadeautjes voor mijn verjaardag bij, waarvan ik er ook al enkelen uit mag pakken. Mijn allerliefste vriendin Ludmilla, die meer een zus voor me is, heeft een hele stapel kleding voor me gekocht. Super blij ben ik hiermee. Allerlei lekkere dingen komen er uit de tassen tevoorschijn, zoals een stuk zelfgebakken appeltaart van Ingrid. Zo lief! Zoveel spullen, medicatie voor een half jaar, nieuwe vlaggen, onderdelen voor de boot, elektronica etc. etc. Fred moffelt nog gauw de rest van mijn cadeautjes weg, daar moet ik nog even geduld voor hebben.

Kaapverdie – Boa Vista, 2e keer

16-08-2018 t/m 30-08-2018
Omdat ik nu eenmaal een zwak heb voor schildpadden (waar niet eigenlijk voor?), gaan we nog een keer terug naar Boa Vista. Tijdens ons 1e bezoek hebben we geen schilpadden gezien op het strand. Volgens de gids (en Wereldvrouw) Nathasja Wust van BoaVistaCarefy is op dit moment de kans groter om schilpadden te zien die in de nacht hun eieren op het strand leggen.

Het begint al goed wanneer we proberen het anker op te halen, er zit geen beweging in. Zweetdruppels parelen langs Fred zijn voorhoofd vanwege de inspanning. Wat hij ook probeert, er schijnt geen beweging in te komen. Een Engelse zeiler komt in zijn dinghy langs gevaren om ons te helpen. Maar op hetzelfde moment lukt het Fred om, met behulp van het touw van de ankerboei, het anker om hoog te trekken. Toch een goed idee om een ankerboei te hebben, anders hadden we het water in gemoeten.

Het is 75 zeemijl varen en helaas moeten we dit de hele zeiltocht op de motor doen. Het weer is in ieder geval wel weer erg lekker. We gaan voor anker op dezelfde plek als de vorige keer, vlak voor Sal Rei. Voor ons vertrek hebben we al contact gehad met Nathasja die ons een tour kan aanbieden om de schildpadden te zien.
Informatie over de schildpadden
Er komen vijf soorten (van de zeven) zeeschildpadden voor in de wateren rondom de Kaapverdische eilanden. Allen hebben de status van bedreigde of ernstig bedreigde diersoort. Voor de onechte Karetschildpad of Logger Head schildpad (Caretta Caretta) behoren de stranden van Kaapverdië tot één van de meest favoriete plekken ter wereld om hun nesten te maken. Dit is een van meest wijdverspreide zeeschildpadden ter wereld en is genoemd naar hun grote kop. Hun kop kan wel 30 centimeter groot worden. De onechte karetschildpad is een zwaargebouwde zeeschildpad en behoord tot één van de grootste zeeschildpadden ter wereld. Het gewicht van deze soort schildpad ligt tussen de 75 en 130 kilogram en de lengte van hun schild is ongeveer 1 meter. De onechte karetschildpad brengt veruit het grootste deel van hun leven door op zee. De vrouwtjes komen alleen op het land om hun eieren te leggen.
De overige soorten zijn:
Lederschildpad (Dermochelys Coriacea)
De lederschildpad is de grootste zeeschildpad ter wereld en kan wel een lengte bereiken van maar liefst 2,5 meter. Ze hebben een leerachtige schaal, komen wereldwijd voor en incidenteel op de Kaapverdië.
Karetschildpad (Eretmochelys Imbricate)
De karetschildpad wordt ook wel de echte karetschildpad genoemd. De naam karet komt van het rugschild. Met een gemiddelde lengte van 90 centimeter is de echte karetschildpad een middelgrote zeeschildpad. Ze hebben een sikkelvormige bek om prooidieren uit rotskloven te kunnen halen. Je vindt deze soort vooral bij koraalriffen en rotsen en zijn goed herkenbaar aan hun mooi gekartelde en getekende rugschild.
OnOlive Ridley dwergschildpad (Lepidochelys Olivacea)
Wordt ook wel Warana schildpad genoemd. Dit is een kleiner soort zeeschildpad en heeft een rugschild van circa 70 centimeter. Het schild van de dwergschildpad is olijfkleurig. De dwergschildpadden leggen allemaal tegelijk hun eieren en komen dus allemaal op dezelfde tijd aan land.
Groene schildpad (Chelonia Mydas)
De groene schildpad wordt ook wel de soepschildpad genoemd. Deze naam is te danken aan het feit dat de mens deze soort veelal heeft gevangen voor consumptie. Het rugschild bij een volwassen exemplaar is circa 1 meter en is eerder bruin dan groen. Het gewicht van de schildpad kan oplopen tot ongeveer 160 kilogram. Ook wel bekend door de animatiefilm ‘Finding NEMO’ uit 2003 van Walt Disney.

Levensloop schildpad

Als het nestseizoen begint komen de vrouwtjes schildpadden terug naar de plek waar ze zelf zijn geboren. Daar leggen ze weer hun eigen eieren. De onechte karetschildpad begraaft haar eieren in het zand van het strand. De baby’s worden na ongeveer 60 dagen geboren en kruipen dan naar zee. Ze zwemmen en drijven de eerste 15 jaar rond op de Atlantische Oceaan. Dit worden ook wel de ‘verloren jaren’ genoemd. De onechte karetschildpad zwemt maar liefst 12.000 kilometer door de oceaan. Uiteindelijk wordt maar 1 op de 1.000 schildpadden volwassen en overleeft alle gevaren van de oceaan. Na 20 – 30 jaar komen de volwassen schildpadden terug naar hun geboortestrand op Kaapverdië. De schildpadden maken gebruik van magnetisch velden van de aarde als kompas om de weg terug te vinden. De schildpadden kunnen meer dan 50 jaar oud worden.

Karetschildpad of Logger Head schildpad

Spoor van de schildpad

Schildpaddentour

Overdag gaan we samen met Nathasja naar het strand vlakbij Sal Rei waar men een gebied heeft afgeschermd met een hekwerk met doeken, dit noemen ze een hatchery. De BIOS Marine Turtle Conservation Program, www.bioscaboverde.com, werkt met vrijwilligers die deze gebieden beschermen. De eieren worden in deze afgebakend gebieden begraven totdat ze uitkomen en dan worden ze uitgezet vlak voor de waterlijn van het strand. En dan begint de race naar het water om te overleven.

’S Avonds gaan we mee met de nachttour en worden we door Nathasja opgehaald met een 4 x 4. We moeten zeker meer dan een uur rijden voordat we bij de weg komen die naar het strand leidt waar de schildpadden ’s nachts aan land komen. Zodra we het National Reserve in gaan stopt de chauffeur om zijn koplampen af te dekken met rood papier, dit om te voorkomen dat de schildpadden verblind worden. Op het strand is het daarom alleen toegestaan dat de vrijwilligers en gidsen zaklampen met rood licht hebben. Vlakbij het strand is een kamp op gericht waar tientallen vrijwilligers werken om de schilpadden te controleren (d.m.v. de chip), te chippen, om de eieren op te vangen, te tellen en veilig te stellen.
Samen met de gids lopen we daar het strand toe, waar zij fluisterend uitlegt wat er gebeurd. We moeten zo laag mogelijk blijven en altijd nooit in beeld voor de schildpad. We hebben geluk en zien een aantal schildpadden op het strand aankomen, bezig met eieren leggen en terug gaan naar de zee. De schildpadden kruipen het strand op tot aan de duingrens, waar ze een diepe kuil graven en daar boven hangen om hun eieren te leggen. Tijdens dit proces raken ze in een trance waardoor ze niets merken van hun omgeving; juist op dat moment kunnen mensen ze dus benaderen. Voorzichtig naderen we de schildpad en kunnen van dicht bij zien hoe dit in zijn werk gaat. Het hele proces duurt circa 20 minuten en de schildpad legt gemiddeld ongeveer 100 eieren. Een vermoeiende gebeurtenis voor moeder schildpad. De eitjes lijken een beetje op pingpongballetjes. Tijdens het leggen halen de vrijwilligers de eieren weg en doen deze voorzichtig in een zak. Als het leggen klaar is dekt de moeder het gat weer af en begint aan de terug weg naar het water. Je ziet duidelijk de sporen die de schildpadden achter laten op het strand.

De kuil is gegraven

Alle eieren op een rijtje

 

Dit was toch wel een hele mooie en bijzondere ervaring, maar ik moet toegeven dat het wel jammer is dat we het uitkomen van de eieren missen. Wellicht op één van de vele eilanden waar we nog zullen komen.

Overige tijd Sal Rei
Tijdens ons vorige bezoek aan Boa Vista hebben we kennis gemaakt met een stel Franse zeilers die met hun catamaran hier voor anker lagen. Ook deze keer waren ze er weer (of nog steeds) en worden we uitgenodigd voor een verjaardagsfeestje. Dit wordt gehouden in een strandtent van de plaatselijke surfschool. We leggen de dinghy naast die van anderen op het strand. Het gezelschap is een bonte verzameling van surfers, zeilers, backpackers en andere gasten. De BBQ draait overuren en de drank vloeit rijkelijk. Na een gezellige avond rollen we de dinghy in en varen terug naar de boot.

Kaapverdie – Santiago, deel 2

14-07-2018 t/m 15-08-2018
Ontmoetingen
In 2015 hebben we Joshua van Eijndhoven op de HISWA ontmoet doordat Fred hem een speciale boord computer verkocht. Hij vertrok in 2011 met zijn zeilboot ‘Hope’, http://www.joshandhope.org/ om voor 6 jaar de wereld rond te zeilen samen met zijn vriendin Katia, die hij in Kaapverdië had leren kennen. In 2018 keerden ze terug in Nederland en hebben, samen met vrienden, een reisburo opgericht dat gespecialiseerd is in reizen naar Kaapverdië, https://www.naar-kaapverdische-eilanden.nl/. Mede door hun inspirerende verhalen hebben wij besloten om wat langere tijd bij de Kaapverdische eilanden door te brengen dan de gemiddelde zeiler doet en alle eilanden te bezoeken.In december 2017 doen er erg veel negatieve verhalen de ronde over Kaapverdië, vanwege een brute overval op de zeilboot SY de Liefde, waarbij de bemanning nogal behoorlijk toegetakeld is. Dit vond plaats in Praia (de hoofdstad van Kaapverdië op het eiland Santiago), een plaats waarvan al lang bekend is dat je dit beter kunt vermijden als zeiler (zie ons vorige blog). Echter in het nieuws sprak men er zelfs over dat heel Kaapverdië niet meer veilig zou zijn. We willen het hele gebeuren van SY de Liefde beslist niet baggataliseren, maar vinden deze uitspraak toch wel iets te ver gaan. Het is alsof je zegt na een overval in Amsterdam, ga niet naar Nederland want het is daar gevaarlijk! Wij willen graag een positieve draai geven aan dit hele gebeuren en daarom zijn wij bijzonder gemotiveerd om juist bij Kaapverdië langere tijd door te brengen. We willen een beter beeld vormen van de verschillen tussen de eilanden en hun bewoners.

Als gevolg van dit hele negatieve gebeuren heeft Joshua een soort contactlijst opgesteld voor zeilers (slechts op verzoek per email te verkrijgen bij hem). Vanwege het feit dat wij onze watermaker naar Santiago zouden laten sturen (na reparatie in Italië) hebben we een contactpersoon nodig die op het eiland woont (zie een volgend blog over de watermaker). Hierdoor komen we in contact met Etienne de Jager en zijn vrouw Marli Semedo dos Santos, eerst per email en Facebook, en later in het echt. Ze wonen alweer 7 jaar op Santiago en runnen samen een B&B ‘Kaza di Marli’, http://caboned.nl/. CaboNed Ecotoerisme staat voor kleinschalig toerisme, waarbij behoud van natuur, cultuur en mensenrechten centraal staan. Voor hen is het van groot belang dat de natuur gerespecteerd wordt, zo ook de lokale cultuur en dragen ze activiteiten bij aan het welzijn en de welvaart van de lokale bevolking. Wat ons betreft een prima uitgangspunt en een plek die zeker aan te bevelen bij een ieder die van de rust en de natuur houdt.

Het eiland en hoofdstad Praia
Santiago is het grootste eiland van Kaapverdië en in het zuiden op dit eiland bevindt zich de hoofdstad Praia. Ondanks dat dit eiland vulkanisch van oorsprong is, zijn er bergachtige gebieden, groene valleien maar ook diverse bananenplantages aan de oostkust. De hoogste berg is de Pico da Antónia en is 1.394 meter hoog. Er valt relatief veel regen in het bergachtige midden van Santiago, waardoor dit het meest vruchtbare gebied van de hele archipel is. Hoewel het hier de afgelopen 2 jaar niet of nauwelijks geregend heeft.
Omdat we de watermaker toch in Praia moeten ophalen kunnen we meteen een indruk krijgen van deze grote stad. Hiervoor nemen we een aluguer die net zolang in Tarrafal rond rijdt totdat hij voldoende passagiers heeft. Maar vol is hier niet vol, want er kan er natuurlijk altijd nog wel ééntje bij. Bij het vertrekpunt krijgen de chauffeurs een bonnetje wat, net buiten de stad, aan een controleur weer afgeven moet worden. Deze man controleert of er niet teveel mensen in het busje zitten en vindt dat er één persoon uit moet. Met veel protest stapt er één persoon uit. Het is een bijzonder systeem zullen we maar zeggen en na de controlepost kunnen er gewoon weer mensen bij. Meer dan 20 personen in een Toyota busje is geen uitzondering.
Onderweg krijgen we een aardige indruk van het eiland. Naarmate we verder het land in gaan, zie je de armoede toenemen. Huizen zien er slechter uit, als je soms al van huis kunt praten en erg ligt veel zwerfafval langs de weg. Langs de weg staan grote tonnen, die afgevuld worden door een tankwagen met water. Vervolgens gieten de lokale mensen dit over in jerrycans en brengen deze de berg op naar hun huis. Soms gebruik makend van ezeltjes, maar meestal zijn het kinderen en vrouwen die het water dragen naar boven dragen. We moeten op een andere aluguer overstappen in Assomada, een plaats die ongeveer in het midden en halverwege de rit naar Praia ligt.
Het plateau is het historische centrum van Praia en hier bevinden zich veel openbare gebouwen, zoals het presidentiële paleis, de kathedraal, het stadhuis en het etnografische museum. We drinken een kopje koffie samen met Etienne op het António Lereno plein in het hart van het plateau. Daarna wandelen we een beetje rond. We vinden het plateau nog wel een aangename plek om te vertoeven, maar de rest van de stad is erg druk en niet zoveel bijzonders. We houden het al gauw voor gezien.

António Lereno Square in Praia

Kathedraal van Praia
Stadhuis van Praia

De oude haven van Praia

Assomada
De dag voordat we naar Assomade gaan we even naar de kant om brood te halen. Fred stopt altijd zijn portemonnee in de water dichte tas, maar deze ochtend niet. Op het strand aangekomen begint iemand onbehouwen aan de dinghy te trekken waardoor Fred zijn evenwicht verliest en half achterover in het water valt. Zijn broek is helemaal nat en daardoor ook de bankbiljetten. Bij terugkomst op de boot legt Fred alle biljetten te drogen. De volgende dag staan we vroeg op en nemen een aluguer naar Assomade. Bij aankomst in deze plaats wil Fred betalen, maar komt dan tot de conclusie dat al het geld nog te op de boot ligt. Helemaal vergeten om het terug te stoppen in zijn portemonnee. Wat nu? Geen probleem zegt de chauffeur hij rijdt wel even langs een pinautomaat waar Fred kan pinnen. Ik zie dit toch niet in Nederland gebeuren, een buschauffeur die daar geen probleem van maakt en gewoon even een ommetje maakt om jou rustig te laten pinnen? Wanneer je dan ook nog bedenkt dat je voor deze rit van 45 minuten maar € 2,50 per persoon hoeft te betalen. Dit vinden we nu zo leuk aan Kaapverdië, no stress!

Plein met energiepanelenboom

Zomaar een kerkje

Oude bioscoop

Foodtrucks!

Assomada is een levendige drukke plaats die een belangrijke commerciële rol speelt. In het centrum van de stad liggen vele koloniale gebouwen in Portugese stijl, kerken, banken en meerdere pleinen. In het centrum van de stad is ook de enorme en zeer bekende markt. Al heb je niets nodig, is dit toch een plek die je niet kunt overslaan. In een indrukwekkende hal liggen stapels groenten en fruit opgestapeld en we hebben in tijden niet zoveel groente en fruit bij elkaar gezien. Bij de slager hangen allerlei ondefinieerbare stukken vlees aan haken. In het gedeelte waar je vis kunt kopen liggen stapels gedroogde vis en grote tonijnen mooi op een rijtje. Kippen zitten opéén geperst in een kleine kooi. Teilen vol met geplukte kippen, strengen met kleine knoflook, vreemdsoortige groentes en levende geiten aan een veel te korte lijn. Op de grond staat achter een kraampje een kartonnen doos met een klein kind erin, tja…..je moet wat als je als moeder moet werken. Ook buiten de hal zie je afgeladen minibusjes, vrouwen met teilen op hun hoofd, kraampjes vol met kleurige netjes opgevouwen kleding, huishoudelijke spulletjes, vrouwen in kleurrijke gewaden en afgeladen minibusjes die af en aan rijden. We wanen ons even weer in het Afrika van Senegal en Gambia. Op deze markt doen alle eilandbewoners op woensdag en zaterdag hun boodschappen en dat kunnen we goed begrijpen, gezien het gevarieerde en grote aanbod. Het is een gezellig chaotische drukte. Het blijkt dat veel van deze groente en fruit naar de andere eilanden vervoerd te worden. Daarom lijkt ons een goed idee om, voordat we de oversteek maken, terug te gaan naar Santiago en op deze markt alles in te slaan.
We wandelen verder nog een beetje rond in Assomada en gaan ergens lunchen. Hier ontmoeten we Nederlandse Kaapverdiaanse die op vakantie is in haar geboorteland en maken een gezellig babbeltje. Dan is de hoogste tijd om terug te gaan naar Tarrafal. Overal staan busjes en mensen te leuren om je mee te nemen.

Ontmoeting met Etienne en Marli
Met Etienne hebben we afgesproken om bij hun op bezoek te komen. Hiervoor nemen we weer een aluguer en stappen uit bij ‘Ponto Ferro’ (gele brug), hier staat Etienne al op ons te wachten. Om bij hun huis te komen moeten we zeker nog 30 minuten offroad de berg op rijden. Gelukkig heeft Etienne een goed auto, Landrover, anders is het haast niet te doen. Mensen die vanaf de grote doorgaande weg de berg op moeten, doen dit lopend of wachten totdat er een auto of busje omhoog gaat. Het is in Kaapverdië heel gewoon dat je mensen meeneemt. Onderweg zien we een hele mooie gekleurde vogel, de zogenaamde grijskopijsvogel en schiet er een heel klein aapje de weg over.

Wanneer we uiteindelijk bij het huis van Etienne belanden, maken we kennis met zijn vrouw Marli. Het huis is werkelijk prachtig gesitueerd en heeft rondom uitzicht. Vanwege gebrek aan regen de laatste 2 jaar is het nu niet zo groen, maar het kan in een aantal dagen veranderen in een groene oase. Marli is geboren in Kaapverdië en heeft hier jaren gewoond voordat ze in Nederland belandde. Het runnen van de B&B doen ze samen en alles ziet er bijzonder goed uit. De echte wandelaars en vogel liefhebbers kunnen hier zeker aan hun trekken komen. Naast het runnen van een B&B is Marli’s helemaal gek van dieren en dat is goed te zien aan de hoeveelheid dieren die er rondlopen. Aantal honden, katten, eenden, kippen, varkentjes en een heleboel geiten. Daarnaast runt Marli een klein winkeltje voor de lokale bevolking en is het distributiepunt voor het uitdelen van zaden om te planten. Bij de beneden buren staan ezeltjes en natuurlijk moet ik daar een foto van maken. Op een gegeven moment zien we vanaf het dakterras dat de buren vetgemeste varkens in een pickup truck laden om die te laten slachten.

Eén en ander gaat niet echt zachtzinnig, heel anders dan wat wij gewend zijn. Het is wel heel bijzonder om zo een kijkje te mogen nemen op het platteland van Santiago en kennis te maken met hoe Etienne en zijn vrouw hier wonen en hun bedrijf beheren. We zijn erg blij met deze ontmoeting en houden zeker contact met elkaar. Er wonen nog meer Nederlanders op de eilanden en de meeste kennen elkaar wel. Het is een verrijking van ons leven om deze mensen te ontmoeten. Bedankt Etienne en Marli voor jullie gastvrijheid!

Etienne, Caroline en Marli

Aan het einde van de dag brengt Etienne ons weer naar de doorgaande weg. Hier moeten we wachten totdat er een aluguer langs komt die niet vol is. Het is al donker wanneer we terug zijn in Tarrafal en daarom gaan we maar een pizza eten voordat we terug varen naar de boot.

Kaapverdie – Santiago, deel 1

14-07-2018 t/m 15-08-2018
Vertrek van Maio naar Santiago
Vanwege de problemen met onze ‘nieuwe’ watermaker hebben we deze vanaf het eiland Sal opgestuurd naar de fabrikant in Italië (zie blog mei 2018). Na reparatie zou deze retour worden  gezonden naar het eiland Santiago en daarom is onze volgende bestemming Santiago. Fred zal hierover een apart blogje schrijven, want dit is toch wel weer een heel apart verhaal.We willen in de baai bij Tarrafal voor anker gaan. Officieel zouden we eerst met de boot naar Praia moeten, de hoofdstad, om ons daar in te klaren, pas daarna mag je weer verder. Bij vertrek moet je dan weer terug naar Praia varen om je papieren op te halen, wat een heel gedoe is. We besluiten om dit niet te doen, mede omdat Praia geen veilige plek is om te ankeren. Bovendien vinden we dit hele in en uitklarings gedoe onderhand wel een beetje onzin. We verblijven maanden bij de eilanden en hebben tot nu toe nog niet echt ervaren dat de autoriteiten uit zichzelf interesse toonden. Later blijkt ook wel dat we hierin gelijk hebben.

Het is een bewolkte sombere dag met onrustige golven. De tocht is 43 zeemijl waar we ongeveer 8 uur over doen. Gelukkig kunnen we de meeste tijd zeilen en gebruiken we de motor slecht één uurtje.

Franz en Angela gooien onderweg een vislijn uit en hebben dikke pech wanneer deze in één van hun schroeven komt (ze hebben een catamaran met 2 schroeven), maar gelukkig weet Franz dit snel en vakkundig te verwijderen. Bij aankomst in de baai vinden we een mooie plek met zicht op het mooie strand en het dorp Tarrafal. Onderweg heeft Franz nog wel even een grote tonijn gevangen die we ’s avonds met zijn allen bij hun aan boord eten. Niets lekkerders dan verse tonijn. Na afloop spelen we, onder het genot van vele glaasjes drank, nog een paar spelletjes ‘Perudo’ (met dank aan Iris en Koen van Immaqa die voor deze verslaving hebben gezorgd).
De golven in de baai zijn een beetje onrustig en dat maakt dat Franz en Angela hun boot de volgende dag een stuk gaan verleggen. We gaan gezamenlijk met onze dinghy naar de kant toe, waar Fred ons wil afzetten bij de stenen trap van de kade om daarna door te varen naar het strand. Bij de kade staan een heleboel jongetjes te roepen dat ze willen helpen. Wij stappen uit, maar voordat ik goed en wel op de trap sta, springen er al zeven vrolijk gillende jongetjes bij Fred in de dinghy die mee willen varen naar het strand. Het is een vrolijke bende en op het strand aangekomen deel ik een paar van mijn ‘Home made’ armbandjes uit aan de kinderen. Er komt een man naar ons toe (hij spreekt alleen Frans en wij niet) die wel op de dinghy wil letten, tegen betaling van € 4,00. Dit vinden we veel te veel en dingen af naar € 2,00 waarmee hij mopperend akkoord gaat.
We wandelen één van de twee hellingen op naar het centrum toe om ergens iets te drinken en een hapje te eten. Er zit Angela duidelijk iets dwars en dan komt eindelijk het hoge woord eruit. Zij voelt zich totaal niet prettig in deze baai en ook niet met het feit dat ze niet officieel zijn ingeklaard. Waarschijnlijk heeft zij zich teveel laten leiden door enkele negatieve verhalen die andere zeilers op internet hebben verspreid. Waar dit gevoel vandaan komt begrijpen we niet, want wij ervaren dit in het geheel niet. De mensen die we tegenkomen zijn beslist niet onvriendelijk en we voelen ons nergens bedreigd.
Het resultaat wel dat we afscheid moeten nemen van Franz en Angela (de Nina) wat natuurlijk erg jammer is, want we hebben het erg gezellig met ze. Ze gaan door naar Sao Vincente (Mindelo) om van daaruit over te steken naar Suriname. We spelen nog een laatste potje ‘Perudo’ en nemen dan afscheid van ze en wensen ze een behouden vaart. Wellicht zien we ze nog aan de ‘overkant’.

a

Tarrafal

Is een kustplaats in het uiterste noorden van het eiland en wordt gezien als het plaatsje met het mooiste strand. Hier krijgen we een voorproefje van hoe het in het Caribisch gebied moet zijn. Witte stranden, wuivende palmbomen, een azuurblauwe zee en een relaxte sfeer. We krijgen meteen een pre-Caribisch gevoel. In de rotsen langs het strand is de naam Tarrafal groot uitgehakt en tientallen kleine gekleurde vissersbootjes liggen op het strand. Er staan enkele huisjes op het strand waar de lokale vissers eten en waar goederen verkocht worden. Dames lopen met manden op hun hoofd vol met kokosnoten die ze aan de man proberen te brengen. Met een vlijmscherp mes hakken ze het bovenste kapje eraf, waarna je met een rietje je dorst kunt lessen. Wanneer de vissers terug komen met de vangst is het helemaal een drukte van belang. De vis wordt verdeeld en schoongemaakt en gaat meteen door om verkocht te worden. Het is een gezellige drukte.

Er zijn verschillende kleine en iets grotere supermarktjes, waar we zelfs Frico en Goudse kaas kunnen kopen! Natuurlijk zijn ook hier weer de zogenaamde Chinese winkeltjes. Wat ik daar wel erg irritant vindt is dat wanneer je rustig denkt te kunnen kijken er altijd iemand op een halve meter achter je in je nek loopt te hijgen. Net of we iets zouden willen stelen! Er zijn ook de nodige mini kantoortjes waar je je internet kunt laten opwaarderen. Vlakbij het busstation, waar alle busjes staan te wachten, is een grote overdekte groente, fruit en vishal. Na een aantal keren worden we al herkend, want ik heb de gewoonte om eerst een rondje door de hal te maken om het aanbod te bekijken om daarna bij verschillende dames iets te kopen. We vinden er zelfs een aantal keren spinazie en hele mooie sperziebonen. Hier worden we helemaal blij van en eten ’s avonds een boerenomelet met spinazie!

De baai

Zoals op zoveel plekken in de wereld liggen ook hier een aantal verwaarloosde bootjes. Zeilbootjes zonder mast, zeilboten die hier achter gelaten zijn of al een paar jaar liggen, zoals een Duitser met zijn gezin al meer dan 1 jaar. Een Fransman ligt hier nu alweer 4 jaar vanwege het ontbreken van onderdelen en geld. Hij komt op een ochtend langs met vers gebakken brood om een beetje bij te verdienen.
Het is wat onrustig in de baai, hoge golven, waardoor één van de verlaten bootjes ineens losslaat van zijn mooring en langs komt drijven. We hebben niets door totdat de Nina ons oproept. Gelukkig, voor ons belandt hij uiteindelijk op het strand waar hij blijft liggen totdat enkele vissers het bootje opnieuw aan een mooring leggen.
In het weekend is het echt familiedag en dan ziet het zwart van de mensen op het strand. De rijkere Kaapverdianen komen uit Praia speciaal naar dit mooie strand toe. Muziek galmt door de baai en ook s ’avonds kunnen we meerdere keren mee genieten van de muziek die gespeeld wordt tot in de late uurtjes.

Eten en drinken

Het bekendste gerecht van Kaapverdië is wel ‘Cachupa’, eenpansgerecht met als basis bonen aangevuld met vlees, vis of ei. Fred kan zich goed vinden bij dit gerecht, maar aan mij is het niet besteed. In Tarrafal vindt je een lokale dis ‘Buzio’, gemaakt van zeeslakken. Je moet er van houden zullen we maar zeggen!
De ‘Padaria’ (bakker) kun je vinden wanneer je de linker helling vanaf het strand oploopt en aan de rechterkant van het plein. Het is tevens een cafetaria waar je hele lekkere pizza’s kunt eten. Dit wordt al gauw één van onze favoriete tentjes!
Vlakbij de groente hal bevindt zich nog een overdekt gedeelte waar een aantal kleine eettentjes gevestigd zijn waar kip en vis op de grill gebakken wordt. Je moet wel goed opletten of het vlees of de vis al een poosje op de grill ligt. De maaltijden zijn goed, eenvoudig en meer dan voldoende. In het centrum, tegenover de kerk, is een parkje en op één van de hoeken zit een eenvoudig koffiebarretje/restaurantje een goede maaltijd voor weinig geld kan krijgen. We hebben al gauw een klik met de serveerster en komen hier vervolgens hier vaker na afloop van het boodschappen doen.

 

Klusjes e.d.
Natuurlijk moet er gewassen worden en daarvoor is water nodig! Zolang we geen werkende watermaker hebben, zullen we een aantal keren op en neer moeten naar het strand met de dinghy. Voor 12 jerrycans met water betalen we slechts € 4,00. Gelukkig krijgen we hulp van onze vast ‘dinghy-oppas’, maar daar moeten we natuurlijk ook voor betalen. Wanneer we wassen, spoelen we eerst met zoutwater en daarna met zoet water. Dit scheelt weer meer water halen!
 
Kit houdt de wacht !

 

Wat doen we verder?
We brengen een bezoek aan de ‘Santiago Lounge Bar’, https://web.facebook.com/santiagoloungebartarrafal , die gerund wordt door Wereldvrouw Angelique met haar man Fer. Helaas is ze niet aanwezig, maar we maken wel kennis met haar man. De bar ligt boven op een rots met een prachtig uitzicht en er heerst een relaxte sfeer. We genieten van een lekkere lunch en beloven nogmaals terug te komen.
Dat doen we enkele dagen later, maar dan via het water met de dinghy, die we op een ministrandje vlakbij leggen. Vervolgens zwemmen we naar de trap onderaan de rots die leidt naar de Loungebar. Maar dat hadden we beter niet kunnen doen………… Blijkt dat er bij dit strandje heel veel en dan bedoel ook echt heel veel zee-egels zitten. Fer was te laat om ons te waarschuwen dat we beter niet naar dit strandje konden gaan. Ondanks dat we beiden waterschoenen aan hebben, raakt Fred met zijn enkel een zee-egel en zit meteen onder de afgebroken stekels. Bij de bar proberen we deze er meteen een beetje uit te peuteren, maar dat is geen groot succes. De dagen die volgen zet de enkel van Fred behoorlijk op, ondanks ons gepeuter om de stekels eruit te krijgen en het warme water wat hij over de enkel laat stromen. Dan gaan we toch maar even naar het plaatselijke ziekenhuis, welke net buiten Tarrafal ligt. Rechts het voetbalveld, links een weg die naar het ziekenhuis leidt. De enkel van Fred wordt nauwkeurig bekeken, uitgelegd wat hij moet doen om de stekels eruit te krijgen en er wordt een recept uitgeschreven voor een antibioticakuur. Afwachten maar denken we, maar het duurt nog weken voordat de meeste stekels eruit zijn. Het blijft opletten met zee-egels!
 
We varen een middagje met de dinghy langs de rotsen en verlaten keienstrandjes. Het ligt hier vol met restanten van schelpen, maar jammer genoeg vind ik geen enkel heel exemplaar. Fred vindt dit niet zo heel erg, want de boot verzand al van al die verzamelde mooie stenen, schelpen en allerlei andere dingen die ik zoal gevonden heb tijdens de afgelopen jaren. Maar ja, verzamelen zit nu eenmaal in mijn bloed, dat krijg je er niet zomaar uit!
Het weer
Is nogal wisselend, zonnig met aangename temperaturen, bewolkt en soms veel wind. Deze wind zorgt voor een heleboel zand op de boot.


Pegasus voor anker

Kaapverdie – Boa Vista, deel 2

30-06-2018 t/m 02-07-2018
Voordat we weer verder kunnen, moeten we eerst onze bootpapieren ophalen bij de politie en uitklaren. We wandelen naar het gebouwtje toe en horen daar dat ze ondertussen verhuist zijn. Dit nieuwe gebouw bevindt zich aan de rand van de ‘sloppen’ wijk van Sal Rei. Deze hele wijk is één en al contrast. Er zijn tientallen gebouwen (flats van 3 hoog) die allemaal leeg staan. Ze zijn gebouwd om de bewoners van de mindere wijken in te laten wonen, waarna de sloppenwijken dan verwijderd zouden worden. Mooi plan, maar de prijzen van de woning liggen ver boven het maandinkomen van de inwoners die hierin zouden moeten gaan wonen. Vandaar dat al de gebouwen nu al jaren (volgens zeggen) leeg staan. Het nieuwe politiegebouw (op google maps wordt het burgerpolitie genoemd) is een modern kaal gebouw. We melden ons en krijgen te horen dat degene die over de papieren gaat niet aanwezig is en dan maar even moeten wachten. We moesten echt geduld hebben, want dat ‘even’, duurde meer dan één uur. Ondertussen arriveerden er diversen mensen, onder begeleiding, die blijkbaar illegaal in Boa Vista verblijven, waarvan de meeste uit Senegal of Gambia komen.
Uiteindelijk komt er iemand die ons meeneemt naar een grote kale ruimte waar een bureau in staat. Er moeten weer de nodige formulieren ingevuld worden, betalen € 7,00 en ontvangen dan weer onze uitklaringsstempel. Franz en Angela zijn nogal onzeker over het wel of niet hebben van een visum en de eventuele einddatum hiervan. Bij onze eerste inklaring op Sal kregen we een stempel zonder einddatum. Nu hadden Frans en Angela gehoord en gelezen dat je een visum nodig hebt en dat deze maar 3 maanden geldig is. Ook zou je bij elk eiland moeten inklaren en uitklaren, wat op zich al een heel gedoe is. Wij zijn wat makkelijker daarin en maken ons niet zo druk hierom. Het is tenslotte het land van de ‘No Stress’! Maar onze Duitse vrienden vragen toch aan de beambte hoe dit nu zit en dan begint de ellende. Volgens de beambte die ook weer met andere collega’s overlegd moeten we echt een visum hebben. Hiervoor hebben we nog meer papieren (inkomensbewijs, pasfoto etc) nodig wat volgens ons echt onzin is. Wanneer je met een vliegtuig het land binnen komt, krijg je een stempel in je paspoort en zijn er niet zoveel formulieren nodig. Bovendien koste dit ons nog meer tijd. Wij houden het voor gezien, maar vooral Angela heeft hier nogal moeite mee. We weten haar te overtuigen dat het vast wel los zal lopen als we dit niet doen. We hebben onze uitklaringsstempel en gaan gewoon weg van dit eiland.
We kunnen voorlopig wel de conclusie trekken dat het bij lange na nog niet helemaal duidelijk is wat je als zeiler nu eigenlijk wel of niet moet doen of nodig hebt wanneer je langere tijd bij de Kaapverdische eilanden wil vertoeven. Op dit onderwerp kom ik later nog even terug, wanneer we vertrokken zijn en verdere ervaringen met de autoriteiten hebben opgedaan! Wordt vervolgd…..

De volgende dag zeilen we samen met onze Duitse vrienden naar het zuiden van het eiland Boa Vista om daar, in de baai van ‘Porto do Curralinho’, voor anker te gaan. Afhankelijk van de hoeveelheid deining die hier staat, blijven we hier een paar dagen. Het is een zonnige dag wanneer we rond koffietijd vertrekken uit Sal Rei. We hebben slechts 15 zeemijl voor de boeg en we zeilen alleen op de Genua. Er wordt gezegd dat dit het allermooiste strand is van Kaapverdië. De bereikbaarheid per auto is lastig, vandaar dat het ook een heel rustig strand is. Op het strand is een staat een klein gebouwtje en liggen enkele vissersbootjes. Het strand is lang met een heftige branding waarbij het strand (na de branding) ineens een stuk omhoog loopt. Bovenop het duin staat een groot complex in aanbouw wat er nogal verlaten uitziet.

Samen met Angela en Franz komen we al gauw tot de conclusie dat naar de kant gaan met de dinghy geen optie is, daarvoor zijn de golven echt te hoog. Ze zijn zeker tussen de 2 en 3 meter hoog en volgen elkaar snel op. Maar misschien lukt het wel met onze paddle boards. Onder toeziend oog van onze Duitse vrienden gaan Fred en ik een poging doen om op het strand te komen. Vlak voor de branding bekijken we de situatie even goed voordat we er doorheen gaan. Het is enorm spannend, maar het gaat goed. Hoewel we wel zo’n beetje op het strand geworpen worden! Maar dan………………we moeten ook weer terug naar de boot en een andere weg is er niet. Op het strand zittend zien we hoe de golven aan komen rollen en dat ziet er eigenlijk nog indrukwekkender uit dan vanaf de andere kant.
Ik ga als eerste! Maar al gauw blijkt dat ik niet snel genoeg door de branding kom en meteen al door de eerste grote golf verrast wordt. Hierna doe ik nog verscheidene pogingen maar wordt elke keer onderste boven gegooid. Op het laatst speelt de vermoeidheid me echt parten en kruip ik als een walvis op mijn buik het strand weer op. Mijn zonnebril was ik bij de eerste poging al kwijt geraakt en in mijn bikinibroekje zit zoveel zand dat die halverwege mijn knieën hangt. Uitgeput lig ik op het strand en het huilen staat mij nader dan het lachen. Waar zijn we aan begonnen? Maar goed we hebben geen alternatief, dus na een poosje uitgerust te hebben gaan we voor een laatste poging! Angela en Franz zijn met hun dinghy richting strand gevaren hebben een extra touw om ons eventueel te kunnen helpen. Wat een lieverds zijn het toch!
Oke, daar ga ik. Fred neemt mijn board en helpt me door de branding heen. Het is gelukt! Doodmoe hang ik aan mijn board en zwem naar de dinghy toe. Dan is het Fred’s beurt, ook hem lukt het. Behoorlijk zanderig peddelen we naar de boot van de Duitser en daar spoelen we ons een beetje schoon. Onder het genot van een welverdiend drankje komen we een beetje bij. Nog dagen later treffen we zand in onze zwemkleding aan en hebben we spierpijn van deze actie. Nu zullen er onder onze lezers zeker mensen zijn die zeggen: ‘Mens je bent bijna 60, waarom haal je van die halsbrekende toeren uit?’ Normaal zeg ik altijd dat je  alles een keertje gedaan moet hebben in je leven, maar dit doe ik in ieder geval nooit meer!

Misschien jammer, maar ik ben wel blij dat we geen foto’s hebben van deze actie!